Pools A1.18: Dingen vragen

Pytanie o rzeczy

Woordenschat (1)

 Mieć (hebben) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Oni mają wiele wspólnych zainteresowań.

Show

Zij hebben veel gemeenschappelijke interesses. Show

Mieć

Show

Hebben Show

Gespreksoefening

  1. Ułóż pytanie, które pasuje do obrazka. (Maak een zin die bij de afbeelding past, met een vraag.)

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten

Voorbeeldzinnen:

Ile wynosi rachunek?

Hoeveel is de rekening?

Co powiesz?

Wat zeg je?

Który chcesz?

Welke wil je?

Dokąd musimy iść?

Waar moeten we heen?

Jaki jest twój zawód?

Wat is jouw baan?

Jakim językiem mówisz?

Welke taal spreek je?

...

Oefeningen

Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.

Aanvullend leermateriaal

Bijlage 1: Uitgebreide vocabulaire tabel

Kernwoordenschat (1): Werkwoorden: 1,

Pools Nederlands
Mieć Hebben

Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!

Wil je vandaag Pools oefenen? Dat is mogelijk! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.

Schrijf je nu in!

Deze lessen zouden niet mogelijk zijn zonder onze geweldige partners🙏