Oefeningen

Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.

Oefening 1: Gespreksoefening

Instructie:

  1. Jakie meble znajdują się w każdym z pokoi? (Welke meubels staan er in elke kamer?)
  2. Opisz jedno pomieszczenie w swoim mieszkaniu/domu. (Beschrijf een kamer van je appartement/huis.)

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten

Voorbeeldzinnen:

Toaleta jest blisko zlewu.

Het toilet is vlakbij de gootsteen.

Łóżko znajduje się w salonie.

Het bed staat in de woonkamer.

Obraz znajduje się obok okna.

Het schilderij staat naast het raam.

Pod sofą jest dywan.

Er ligt een tapijt onder de bank.

Lustro wisi na ścianie.

De spiegel hangt aan de muur.

Szafa jest między łóżkiem a biurkiem.

De kledingkast staat tussen het bed en het bureau.

Drzwi są za krzesłem.

De deur is achter de stoel.

Sofa stoi przed oknem.

De bank staat voor het raam.

Lampa jest na stole w salonie.

De lamp staat op de tafel in de woonkamer.

...

Oefening 2: Gesprekskaarten

Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.

Oefening 3: Zinnen herschikken

Instructie: Maak correcte zinnen en vertaal.

Toon antwoorden
1.
obok | salonie. | stoi | Kanapa | w | stolika
Kanapa stoi obok stolika w salonie.
(De bank staat naast het tafeltje in de woonkamer.)
2.
pod oknem | sypialni. | w mojej | Łóżko jest
Łóżko jest pod oknem w mojej sypialni.
(Het bed staat onder het raam in mijn slaapkamer.)
3.
drzwi. | stoi | Szafa | naprzeciwko
Szafa stoi naprzeciwko drzwi.
(De kast staat tegenover de deur.)
4.
kuchenny | stoi | przy | ścianie. | Stół
Stół kuchenny stoi przy ścianie.
(De keukentafel staat tegen de muur.)
5.
telewizora. | Regał jest | stronie od | po prawej
Regał jest po prawej stronie od telewizora.
(De kast staat aan de rechterkant van de televisie.)
6.
lampą. | Fotel | stoi | a | drzwiami | między
Fotel stoi między drzwiami a lampą.
(De fauteuil staat tussen de deur en de lamp.)

Oefening 4: Een woord matchen

Instructie: Kom de vertalingen overeen

Sofa stoi przy dużym oknie. (De bank staat bij het grote raam.)
Lampa wisi nad stołem w kuchni. (De lamp hangt boven de tafel in de keuken.)
Stół jest w środku pokoju. (De tafel staat in het midden van de kamer.)
Szafa stoi obok łóżka. (De kast staat naast het bed.)

Oefening 5: Clusteren van woorden

Instructie: Wijs de gegeven woorden toe aan de juiste categorieën op basis van waar je ze het meest in huis zult vinden.

Meble do salonu

Meble do kuchni

Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!

Wil je vandaag Pools oefenen? Dat is mogelijk! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.

Schrijf je nu in!

Deze lessen zouden niet mogelijk zijn zonder onze geweldige partners🙏